Bereiding

• Snijd 20 tenen knoflook in dunne plakjes.
• Snijd 1 biologische citroen doormidden. Snijd de helft van de citroen in de breedte in schijven en gooi de pitten die in de schijven steken weg. Bewaar de andere citroenhelft om uit te knijpen.
• Giet en spoel 400 gram witte bonen uit blik of pot af in een fijnmazige zeef.
• Dep 450 gram garnalen droog met keukenpapier. Breng ze op smaak met 1⁄2 theelepel zeezout.
• Bereid de garnalen
  Verwarm een grote gietijzeren koekenpan 2 minuten op hoog vuur. Doe 2 eetlepels boter in de pan en zwenk met de pan, zodat de boter over de hele bodem smelt. Leg de garnalen in een enkele laag in de pan en bak ze, zonder ze te verplaatsen, tot ze na 2 tot 3 minuten lichtgoud- bruin en knapperig zijn aan de onderkant. Keer de garnalen en bak ze nog 1 minuut tot ze net roze zijn. Breng de garnalen op smaak met zeezout en heel veel zwarte peper. (We bedoelen hier: heel veel draaien met de pepermolen.) Schep de garnalen op een serveerschaal.
• Draai het vuur tot zeer laag en doe 6 eetlepels boter, de plakjes knoflook en de schijven citroen in de pan. Bak de knoflook en de citroen en blijf deze omscheppen, tot na 2 tot 3 minuten de knoflook zeer geurig en zacht is en net een beetje bruin begint te worden aan de randen.
• Roer de afgegoten bonen erdoor. Breng de bonen op smaak met zeezout en zwarte peper en verwarm de bonen ongeveer 2 minuten tot ze door en door warm zijn.
• Schenk de knoflookbonen op de garnalen. Knijp de overgebleven 1⁄2 citroen uit boven de bonen en de garnalen en serveer ze met warm brood om al die knoflookboter mee op te deppen.